De vibrafoon is een veel gebruikt slagwerkinstrument in de jazz, maar blijft met zijn hoge, soms zelfs ijle, maar vooral snelle resonerende geluid toch een beetje een vreemde eend in de bijt. Toch is het een instrument dat al in de vroege jaren van de jazz vrij prominent aanwezig was en ook vandaag de dag, zij het wat minder frequent dan in die beginjaren, nog geregeld opduikt in jazzcomposities. In deze aflevering staan Lionel Hampton, Red Norvo en Milt Jackson centraal, drie vibrafonisten van het eerste uur.
De vibrafoon behoort tot de categorie slagwerk en is zeer naaste familie van de xylofoon en de marimba. Bij die laatste twee instrumenten wordt op houten toetsen geslagen, bij de vibrafoon zijn die van metaal. Bovendien zijn, in tegenstelling tot de twee andere instrumenten, onder de toetsen van de vibrafoon resoneerbuizen gemonteerd. Boven aan de opening zit een motortje. Door dat te laten draaien ontstaat een trillend geluid (vibrato), waar het instrument zijn naam aan dankt.
Bovendien heeft een vibrafoon een dempbalk, die door middel van een voetpedaal los van de toetsen kan worden ingedrukt. Tonen kunnen daardoor worden verlengd. Niet alleen het geluid van het instrument is heel herkenbaar en bijzonder, maar het kijken naar het bespelen ervan vaak ook. Zeker als de bespeler in iedere hand twee mallets (speciaal voor dit instrument bestemde stokken) heeft waarmee hij of zij razendsnel de toetsen bespeelt. Behalve in de jazz wordt het instrument ook gebruikt in harmonie-orkesten en in modernere klassieke muziek.
Eén van de bekendste vibrafonisten in de jazz is ongetwijfeld Lionel Hampton (foto). Hij werd op 20 april 1908 geboren in Louisville (Kentucky) en is al op zeer jonge leeftijd gaan drummen. Zijn voorbeeld was Jimmy Bertrand, een drummer die ook regelmatig xylofoon speelde. Hamp, zoals hij uiteindelijk door zijn collega’s genoemd zou worden, begint zijn loopbaan als drummer bij de Chicago Defender Newsboys’ Band. Daar leert hij de kneepjes van het vak.
Pas in 1930 speelt hij voor het eerst vibrafoon. Die staat toevallig in een studio waar hij met de band Les Hite is, om samen met Louis Armstrong een plaatopname te maken. Armstrong vraagt hem of hij op de nummers Memories Of You en Shine op het instrument wil spelen. Hoewel hij dit nooit eerder heeft gedaan besluit hij maar wat te improviseren en dat pakt zeer goed uit. Zo is hij de eerste jazzartiest die improviseert op de vibrafoon en het instrument daarmee ook een volwaardige plaats in de jazz geeft. Later (1936) komt hij als vibrafonist terecht in het kwartet van Benny Goodman (met Teddy Wilson en Gene
Kruppa), waar hij blijft tot 1940. Inmiddels is hij zo’n grote naam geworden dat hij vanaf die tijd als bandleider met eigen formaties gaat werken. Een nummer dat onverbrekelijk met zijn muzikale opvattingen is verbonden is Flying Home. De eerste bigbandversie daarvan dateert van 1942. Zijn liveshows waren onvergetelijk. Hij had het talent om een zaal vol mensen in verregaande staat van opwinding te brengen.
In 1953 is hij voor het eerst in Nederland met in zijn band de dan nog jonge talenten als Clifford Brown, Art Farmer, Quincy Jones, Jimmy Cleveland en Gigi Gryce. Het jaar daarop zijn ze opnieuw in Nederland en het publiek gaat zo tekeer dat het door de vloer van de Apollohal in Amsterdam zakt. En in 1956 speelt hij in het Amsterdamse Concertgebouw zo furieus en opzwepend dat de politie een einde maakt aan het concert. Hampton is tot op hoge leeftijd blijven spelen. In de zomer van 2002 is hij op 94-jarige leeftijd in New York overleden aan een hartinfarct.
Milt Jackson, geboren in Detroit op 1 januari 1923, was een andere jazzmusicus die naam heeft gemaakt op de vibrafoon. Hij is de eerste muzikant die de technische en harmonische aspecten van de bebop toepast op de vibrafoon. Hij deed dat door die stijl te combineren met zijn in de blues- en gospeltraditie gewortelde muzikale opvattingen. Hij speelt dus een stroom van bebopnoten op een bedding van blues en gospel en ontwikkelt zo een heel eigen en herkenbaar geluid. Hij is overigens al op 7-jarige leeftijd begonnen met het zingen van gospelduetten met zijn broer Alvin en leert ook nog piano spelen.
Daarna is het de vibrafoon geworden omdat hij vond dat dat instrument de meeste gelijkenissen vertoont met de menselijke stem. Hij is daarna 60 jaar blijven spelen en werkt samen met muzikale pioniers als Miles Davis, Dizzy Gillespie, Charlie Parker, Thelonius Monk, John Coltrane en Coleman Hawkins. Hij is op 9 oktober 1999 overleden in New York.
Een minder bekende, maar zeker niet minder belangrijke vibrafonist was Red Norvo, geboren als Kenneth Norville op 31 maart 1908 in Beardstown (Illinois). Hij wordt gezien als één van de eerste muzikanten die de vibrafoon in de jazz introduceert. Hij zou, zo gaat het verhaal, op jonge leeftijd zijn pony hebben verkocht om een marimba te kunnen kopen. Zijn muzikale carrière begint in 1925 in Chicago waar hij marimba en vibrafoon speelt in de band The Collegians. Daarna volgen nog vele bands. Hij speelt onder andere met grote artiesten als Paul Whiteman, Benny Goodman, Charlie Barnet en Woody Hermans.
Bovendien maakt hij platen met zijn vrouw Mildred Bailey, Frank Sinatra en Billy Holiday. In 1949 formeert hij een eigen trio met vibrafoon, bas en gitaar. In het begin vinden er wat personele wisselingen plaats, maar uiteindelijk speelt hij met de dan nog onbekende Tal Farlow (die zal uitgroeien tot één van de belangrijkste naoorlogse gitaristen) en bassist Charles Mingus. Het trio bestaat tot 1951 en neemt twee platen op. Norvo blijft daarna in vele bands spelen en toeren. In de jaren ’80 dwingt een beroerte hem echter om te stoppen en hij overlijdt in 1999 op 91-jarige leeftijd in een verzorgingshuis in Santa Monica (Californië).