Soms ontmoet het heden het verleden en blijken zij samen een mooie toekomst te hebben. Dat is gebeurd op het onlangs uitgekomen album ‘Sphere’ van Sven Hammond. Het is een prachtig en vooral bijzonder eerbetoon geworden aan niemand minder dan Thelonious Monk. Sven speelt met zijn band het originele werk van Monk, maar een aantal nummers zijn door rappers en hiphoppers zoals Typhoon en Akwasi voorzien van tekst. Het lijkt een wonderlijke combinatie, maar blijkt muzikaal wonderwel in elkaar te passen. De muziek van Monk blijkt zo tijdloos te zijn dat hedendaagse muziekstromingen zich daar naadloos naar kunnen voegen.
‘Rap is het achterkleinkind van de jazz’, stelt Glenn de Randamie alias Typhoon onlangs in een interview. Dan is de jazz in deze metafoor dus de overgrootvader. Gezien mijn leeftijd heb ik, als het belangstellende neefje van de muzikale familie, het meest op met de overgrootvader. Gelukkig is er nog een zeer muzikale oom in de familie die van alle markten thuis is (soul, jazz, blues, rock, pop) en die de overgrootvader en het achterkleinkind muzikaal met elkaar heeft weten te verbinden. Dat is Sven Figee alias Sven Hammond.
Hij wilde iets doen met de muziek van pianist Thelonious Monk, de jazzvernieuwer uit de jaren ’50 en ’60 en de man die met zijn muziek zijn inspiratiebron is geweest om zelf muziek te gaan maken. Met het album ‘Sphere’, Sphere is de tweede naam van Thelonious Monk, is er hij erin geslaagd een prachtig eerbetoon aan zijn grote inspiratiebron te brengen en tegelijkertijd het heden en verleden met elkaar te verbinden. Hij heeft de muziek van Monk volledig in stand gelaten, maar op diverse nummers rappers en hedendaagse singer-songwriters teksten laten maken. En dat werkt. De muziek van Monk blijkt een uitstekende beat te hebben voor fraaie raps. Zo rapt/zingt Typhoon het nummer Doucement (Hittegolf) op de muziek van Locomotive, zingt Zoë Love Smith I’ll Never Let Go op de muziek van Evidence en blijken ook Gianski, Cheyenne Tony en Akwasi uitstekend uit de voeten te kunnen met de muziek van Monk.
Maar wie was Thelonious Sphere Monk eigenlijk? Hij wordt in 1917 geboren in Rocky Mount (North Carolina) en groeit op met de stride-stijl (pianostijl binnen de jazz waarbij de linkerhand hamerend een basnoot speelt op de eerste en derde noot) van de jaren ’30. Hij groeit op in New York en is daar zijn hele leven blijven wonen. Als hij tien jaar oud is krijgt de familie Monk van een vriend een piano cadeau, waar zijn oudere zus pianoles op krijgt. De jonge Monk kijkt toe, leert onderhand ook mee noten lezen en leert zo spelen. Op zijn elfde begint hij daadwerkelijk met pianoles.
Al snel gaat hij spelen in de kerk van de baptistengemeente waar zijn moeder in het koor zingt. Jazz pikt hij op in de muzikale buurt (Juan Hill) waar ze wonen en op zeventienjarige leeftijd verlaat hij zijn school om te gaan toeren met een gospelgroep. De muzikale carrière van Monk is begonnen. Tijdens die toer bekwaamt hij zich verder in de jazz door in iedere stad ‘s avonds bij lokale jazzbandjes mee te jammen. Daarna speelt hij in bars en dansgelegenheden en komt in contact met jazzmusici als drummer Kenny Clarke, pianist Bud Powell en trompettist Dizzy Gillespie. Via hen komt hij terecht in de Minto’s Playhouse in Harlem, New York. Daar krijgt hij een vast contract en in die club, waar veel jonge jazzmusici komen, is tijdens nachtelijke jamsessies de basis voor de bebop gelegd.
Maar Monk wil verder. De bebop is leuk maar gaat hem nog niet ver genoeg. Dus slaat hij zelf ook aan het componeren van eigen thema’s. Het is in die periode dat de inmiddels grote Monk-klassieker ‘Round about Midnight’ is ontstaan. Monk is dan 23 jaar. De jazz is in de jaren’40 beland en met de bebop een hele nieuwe fase in gegaan, maar Monk is zelfs binnen die vernieuwende scene een vernieuwer en dus een muzikaal buitenbeentje. Zijn spel is eigenzinnig, onbuigzaam en percussief (een hamerende stijl zonder duidelijke melodische passages). Zijn muziek is grillig, robuust en soms ronduit hoekig en wordt in die tijd zelfs onaangepast genoemd. Het deert Monk allemaal niet, hij gaat zijn eigen weg. Zij werk is vooral gebaseerd op het 32-matenschema of op blues schema’s, maar hebben allemaal een verrassende melodische, harmonische en vooral ritmische opbouw.
Er zullen nog vele nummers volgen die uiteindelijk allemaal klassiekers worden. Aan optreden zelf komt Monk in die periode weinig toe. De oorzaak: drugs. Daardoor raakt hij zijn werkvergunning kwijt. Niet dat hijzelf gebruikt, maar tijdens een autoritje met gebruiker Bud Powell wordt hem bij een controle een pakje heroïne toegestopt om te verbergen. En dat wordt gevonden, Monk verdwijnt voor 60 dagen in de cel. Aan die periode komt in 1954 een einde met een zeer geslaagd optreden in de Parijse Salon Du Jazz. In dat jaar maakt hij met mede vernieuwer en trompettist Miles Davis de lp Modern Jazz Giants. Opnieuw toont hij zich een zeer avontuurlijk pianist met een voorkeur voor chromatisch opgebouwde motieven, dissonanten, bizarre intervallen en drieklanken. Hij wordt binnen de jazz een cultfiguur en gezien als de ‘hogepriester van de bebop’.
De eigenzinnige muziek van Monk komt het beste tot zijn recht in trio- of kwartetbezetting. In 1961 treedt hij met zijn kwartet (tenorsaxofonist Charlie Rouse, bassist John Ore en drummer Frankie Dunlop) voor de eerste keer op in Nederland in het Concertgebouw in Amsterdam. Uiteindelijk blijft hij daarna vijftien jaar in de kwartetbezetting met wisselende muzikanten spelen. In 1967 gaat hij met een iets grotere bezetting de Europese festivals langs. Zijn laatste concert in Nederland geeft hij in 1971 in de Rotterdamse Doelen tijdens het door Paul Acket georganiseerde Newport Jazz Festival. Daar treedt hij op met zijn orkest The Giants of Jazz, een sterrenband met onder andere Dizzy Gillespie, Sonny Stitt, Kai Winding en Art Blakey. Na 1976 stopt hij vanwege gezondheidsredenen met optreden en overlijdt in 1982 aan een hersenbloeding.
Ga voor een concert, gratis via een livestream, van Sven Hammond met onder ander Typhoon, op vrijdagavond 30 april naar website www.tivolivredenburg.nl